1000
Type of resources
Metadata standard
Topics
Keywords
Contact for the resource
Provided by
Years
Formats
Representation types
Update frequencies
status
Scale
-
De VCP geeft inzicht in wat, waar en wanneer Nederlanders eten en drinken en vergelijkt dit met de Richtlijnen goede voeding en voedingsnormen van de Gezondheidsraad. Het RIVM bracht dit in kaart op basis van het voedingspatroon van ongeveer 3.500 kinderen en volwassenen in de periode 2019-2021.
-
Het waterwingebied rondom drinkwaterwinningen uit grondwater is de kleinste beschermingszone rondom een winning van grondwater voor drinkwater. Het is de grens waarvan het toestromende grondwater 60 dagen reistijd heeft tot de winning. Deze 60 dagen reistijd door de ondergrond gelden als minimale reistijd om het water bacteriologisch betrouwbaar te maken. Binnen dit gebied gelden strenge eisen voor de activiteiten die er mogen plaatsvinden.
-
Ruwe ongevalideerde uurwaarden stikstofdioxide (NO2) op grondniveau in de buitenlucht gemeten in het Landelijk Meetnet Luchtkwalteit (LML). Stikstofdioxide is een bruin gas. Blootstelling aan stikstofdioxide (NO2) hangt samen met een verminderde longfunctie, een toename van luchtwegklachten en astma-aanvallen en een verhoogde gevoeligheid voor infecties. De concentratie van stikstofdioxide (NO2) in Nederland neemt toe vanuit het noorden naar het zuiden. Verkeer is een belangrijke bron van stikstofdioxide. Langs drukke verkeerswegen in vooral de Randstad en het zuiden van Nederland wordt de wettelijke norm (40 microgram/m3 gemiddeld over een jaar) overschreden. Daarnaast ontstaat NO2 uit een reactie tussen stikstofmonoxide en ozon. Het weer en de verkeersdrukte hebben grote invloed op de concentratie.
-
Op de kaart ziet u welk percentage van de bevolking in de door u gekozen gemeente ernstig gehinderd is door geluid van bromfietsen en/of scooters.
-
Wat ziet u: de trend in de gemiddelde nitraatconcentratie in de bovenste meter van het grondwater in natuurgebieden voor de periode 1989-2014. De kaart toont de daling (in %) in nitraatconcentratie per locatie tussen 1989 en 2014 (een groen/geel bolletje: nitraat is gedaald; een rood/paars bolletje: nitraat is gestegen). De enige input van N en S in deze gebieden vindt plaats via de lucht, via atmosferische depositie. Door (inter)nationale maatregelen zijn N en S emissies en deposities afgenomen en dit is terug te zien in de trends in het grondwater in natuurgebieden. De kaart is gebaseerd op metingen van het TrendMeetnet Verzuring. Op 150 locaties in Nederland, met name in bos/heide-gebieden op zand, zijn monsters genomen van de bovenste meter van het grondwater. De locaties zijn in de periode 1989-2014 6 maal bemonsterd.
-
Ruwe ongevalideerde uurwaarden ozon (O3) op grondniveau in de buitenlucht gemeten in het Landelijk Meetnet Luchtkwaliteit (LML). Ozon is een kleurloos tot lichtblauw gas en heeft een typisch prikkelende geur. Ozon wordt niet direct uitgestoten, maar wordt gevormd uit andere luchtverontreinigende stoffen, zoals stikstofoxiden (NOx) en vluchtige organische stoffen (VOS). Ozon speelt een rol als filter van UV licht in de ozonlaag en als broeikasgas in de onderste laag van de atmosfeer. Op leefniveau heeft ozon echter ook schadelijke effecten op de gezondheid van de mens (luchtwegklachten en een verergering van hart- en vaatziekten) en vegetatie (bladschade en afname van de opbrengst van landbouwgewassen).
-
Wat is er te zien: Bariumgehalte (Relatief t.o.v. mediaan) voor ondergrond (30-50cm) voor 4 landgebruik-grondsoort combinaties in Nederland. Toelichting: Er is momenteel geen norm voor Barium (voormalige interventiewaarde = 920 mg/kg droge stof). De aanwezigheid van Barium in de bodem kan zowel van nature als door een anthropogene bron zijn. Barium kent diverse industrieële toepassingen, het wordt bijvoorbeeld in andere landen gebruikt voor schaliegaswinning. De exacte gevolgen voor volksgezondheid zijn beperkt onderzocht (zie Envir. Geochem. Health: Kravenchenko et al., 2014). Gevolgen zijn o.a. hart- en nieraandoeningen. Wat is de Waarde: diffuse bodemverontreiniging heeft effecten op de mogelijkheden voor het benutten van ecosysteemdiensten. Belangrijk voor: Ecologische kapitaal en ecosysteemdiensten. Volksgezondheid effecten.
-
Op de kaart ziet u het aantal kinderen (2-6 jaar) per km2 dat in oudere woningen woont en daardoor mogelijk aan meer lood staat blootgesteld. Vóór 1945 zijn in woningen vooral loden drinkwaterleidingen aangelegd. Ongeveer vanaf 1960 is hiermee gestopt. De drinkwaterbedrijven hebben de waterleidingen buitenshuis in de periode 1995-2002 merendeels vervangen. Voor leidingen binnenshuis zijn huiseigenaren zelf verantwoordelijk. In oudere panden bestaat daarom de kans dat er nog loden leidingen aanwezig zijn.
-
Ruwe ongevalideerde glijdende 24-uurswaarden fijn stof (PM10) op grondniveau in de buitenlucht gemeten in het Landelijk Meetnet Luchtkwaliteit (LML). Stof is een verzamelnaam voor alle deeltjes, die in de lucht zweven. Als de diameter van de deeltjes kleiner is dan 10 micrometer dan wordt er gesproken van fijn stof. Fijn stof heeft vele bronnen en worden ook gevormd door chemische reacties in de lucht. De wettelijke norm is een jaargemiddelde van 40 microgram per kubieke meter. Daarnaast mag het daggemiddelde jaarlijks maximaal 35 keer hoger zijn dan 50 microgram per kubieke meter. Fijn stof heeft effect op de menselijke gezondheid. Ook onder de wettelijke normen.
-
Wat is er te zien: Dieldringehalte (Relatief t.o.v. mediaan) voor bovengrond (0-10cm) voor 5 landgebruik-grondsoort combinaties in Nederland. Toelichting: Het middel is voornamelijk gebruikt in de akkerbouw. Hoewel dit gewasbeschermingsmiddel sinds 1984 uit de handel is, worden nog steeds concentraties aangetroffen; het middel is persistent, dat wil zeggen dat het slecht afbreekbaar is. Er bestaat een achtergrondwaarde in de vorm van een som-norm (samen met aldrin en endrin), deze bedraagt 15 μg/kg. Wat is de Waarde: waarschuwend effect. De lezer ziet hoe lang deze bestrijdingsmiddelen in het milieu blijven. Ook als er beleid is om de verkoop te verbieden, ben je er nog niet vanaf, omdat de resten van voorgaande jaren nog in het milieu zitten. Belangrijk voor: Ecologische kapitaal en ecosysteemdiensten. Diffuse bodemverontreiniging heeft effecten op de mogelijkheden voor het benutten van ecosysteemdiensten.