1000
Type of resources
Metadata standard
Topics
Keywords
Contact for the resource
Provided by
Years
Formats
Representation types
Update frequencies
status
Scale
-
De VCP geeft inzicht in wat, waar en wanneer Nederlanders eten en drinken en vergelijkt dit met de Richtlijnen goede voeding en voedingsnormen van de Gezondheidsraad. Het RIVM bracht dit in kaart op basis van het voedingspatroon van ongeveer 3.500 kinderen en volwassenen in de periode 2019-2021.
-
In deze kaart zijn de meetlocaties te zien die door het RIVM bemonsterd zijn ten behoeve van het onderzoek naar de afleiding van de definitieve achtergrondwaarde PFAS in landbodem. De kaart laat meetwaarden zien van PFOA in de bovenste 20 cm van de bodem in potentieel beïnvloede gebieden. Omdat de afleiding van de definitieve achtergrondwaarden is gebaseerd op de toplaag van de onbeïnvloede landbodem, zijn deze meetwaarden niet meegenomen in de afleiding van de definitieve achtergrondwaarde.
-
Ruwe ongevalideerde uurwaarden stikstofdioxide (NO2) op grondniveau in de buitenlucht gemeten in het Landelijk Meetnet Luchtkwalteit (LML). Stikstofdioxide is een bruin gas. Blootstelling aan stikstofdioxide (NO2) hangt samen met een verminderde longfunctie, een toename van luchtwegklachten en astma-aanvallen en een verhoogde gevoeligheid voor infecties. De concentratie van stikstofdioxide (NO2) in Nederland neemt toe vanuit het noorden naar het zuiden. Verkeer is een belangrijke bron van stikstofdioxide. Langs drukke verkeerswegen in vooral de Randstad en het zuiden van Nederland wordt de wettelijke norm (40 microgram/m3 gemiddeld over een jaar) overschreden. Daarnaast ontstaat NO2 uit een reactie tussen stikstofmonoxide en ozon. Het weer en de verkeersdrukte hebben grote invloed op de concentratie.
-
Op de kaart ziet u hoeveel bruine ratten als bijvangst zijn gevangen per gewerkt uur in 2018. De resultaten worden weergegeven in 5x5 km hokken, zogeheten uurhokken. Ratten kunnen ziekteverwekkers bij zich dragen waar mensen ziek van kunnen worden (zoönosen). Het monitoren van de verspreiding van ratten is belangrijk om volksgezondheidsrisico’s in te schatten. Daarnaast kunnen door de monitoring bestrijdingsmaatregelen tegen ratten worden geëvalueerd.
-
Op de kaart ziet u welk percentage van de bevolking in een gemeente ernstig gehinderd is door geur van landbouw en veeteelt. De resultaten zijn gebaseerd op de GGD Volksgezondheid monitors uit de periode 2007-2010
-
Op de kaart ziet u welk percentage van de bevolking dat ernstig gehinderd is door geluid van wegverkeer op wegen waar niet harder gereden mag worden dan 50 kilometer per uur.
-
In de vragenlijstmonitor Pandemische Paraatheid en Gedrag meten we twee keer per jaar variabelen die relevant (kunnen) zijn voor de voorbereiding op, en tijdens, een pandemie. Het gaat hierbij om vragen over gedrag, gezondheid, en factoren die gedrag en gezondheid beïnvloeden. De data wordt verzameld in het LISS Panel van Centerdata. De data is vanaf 12 maanden na dataverzameling beschikbaar via het LISS Data Archive. Meer informatie over het project Pandemische Paraatheid en Gedrag: https://www.rivm.nl/gedragsonderzoek/pandemische-paraatheid
-
Wat ziet u? De kaart geeft een modelmatige voorspelling van hoe (visueel) aantrekkelijk Nederlanders het landschap in een gebied vinden, in de vorm van een cijfer van 1 tot 10. Er worden alleen voorspellingen gegenereerd voor het Nederlandse buitengebied, dus exclusief stedelijk bebouwd gebied. Ook grote oppervlaktewateren vallen buiten de scope van het model. Wat is de waarde? De aantrekkelijkheid vanhet landschap heeft een sterke relatie met het aantal toeristische overnachtingen, waarschijnlijk vooral middels de aanwezigheid van verblijfsrecreatieve accommodaties, zoals campings (vestigingsplaatskeuze). Ook bestaat er een relatie tussen de aantrekkelijkheid van het omringende landschap en huizenprijzen. Voor wie is dit belangrijk? De informatie is van belang voor recreatie-ondernemers, recreatieschappen en beleidsmedewerkers recreatie en toerisme.
-
In deze kaart zijn de meetlocaties te zien die door het RIVM bemonsterd zijn ten behoeve van het onderzoek naar de afleiding van de achtergrondwaarde PFAS in landbodem. De kaart laat meetwaarden zien van PFOS in de diepere bodemlaag (50-100 cm) in onbeïnvloede gebieden. Omdat de afleiding van de definitieve achtergrondwaarden is gebaseerd op de toplaag van de onbeïnvloede landbodem, zijn deze meetwaarden niet meegenomen in de afleiding van de definitieve achtergrondwaarde.
-
In het Werken aan Mantelzorg onderzoek is een ondersteuningsaanpak ontwikkeld en geëvalueerd om werkende mantelzorgers te helpen in het vinden van een gezonde balans tussen werk, mantelzorg en privéleven. Het onderzoek bestond uit drie delen: 1) een toekomstverkenning, 2) een behoeftenonderzoek naar de voorkeuren voor ondersteuning van werkende mantelzorgers en (oudere) zorgbehoevenden, en 3) de ontwikkeling en evaluatie van een ondersteuningsaanpak voor werkende mantelzorgers vanuit de werkplek: de Participatieve Aanpak. Voor onderdeel 1 zijn trends, ontwikkelingen en beïnvloedende factoren rondom werkende mantelzorgers in kaart gebracht door een groep experts te raadplegen vanuit de wetenschap, beleid, en maatschappelijke organisaties. Kwalitatieve data is verzameld met behulp van een Group Model Building oefening en een schriftelijke Delphistudie (vragenlijst). Voor onderdeel 2 zijn de ondersteuningsbehoeften van werkende mantelzorgers en oudere zorgontvangers kwalitatief uitgevraagd, door het uitvoeren van interviews en een vragenlijst (vignetonderzoek). Voor onderdeel 3 is zowel kwalitatieve als kwantitatieve data verzameld. Deelnemers aan de randomized controlled trial hebben driemaal een vragenlijst ingevuld over hun werk-privé-mantelzorgbalans en ervaren ondersteuning. Voor de procesevaluatie zijn interviews en vragenlijsten afgenomen bij werkende mantelzorgers, leidinggevenden, en procesbegeleiders van de Participatieve Aanpak om inzicht te krijgen in de mate van implementatie, en de praktijkervaringen van deelnemers. Ten slotte zijn voor de procesevaluatie ook checklists ingevuld door procesbegeleiders, en veldnotities gemaakt door de onderzoeker.